The Perfectionist's Handbook

Auteur:
BOE868

Rugtekst

"You're such a perfectionist."
Are you supposed to feel insulted or flattered when you hear this comment? Is someone saying that you are detail oriented, organized, and driven to excel? Or that you are controlling, rigid, and self-defeating? Is your perfectionism a good thing, or does it get in your way?
In The Perfectionist's Handbook, Jeff Szymanski helps readers navigate their way out of the "perfectionism paradox": lf your intentions are good (wanting to excel) and the outcomes you want are reasonable (to feel competent and satisfied), why would your perfectionism backfire and result in unhappiness, stress, and unwanted results? Many people consider their perfectionism to be one of their most valuable attributes and critical to success in achieving one's life goals. Advice aimed at trying to stop you from being a perfectionist doesn't ring true.
Jeff Szymanski, a clinical psychologist specializing in anxiety and obsessive-compulsive disorder (OCD), helps readers understand when their perfectionism will pay off, and when and why it sabotages you. Specific strategies are outlined throughout the book to help readers identify the difference between their "healthy" and "unhealthy" perfectionism. There is no reason to eliminate perfectionism altogether; rather, build on what is working and change what is not. In addition, The Perfectionist's Handbook helps readers to:
• Distinguish between intention and strategy as a way of improving outcomes
• Identify diminishing returns and ways to redistribute time and resources
• Make the most of mistakes rather than being preoccupied with trying to avoid them
• Learn to focus on your "Top 10" list as a way of getting the most out of your life
• Interact with others more effectively as a way of improving performance
• Establish more balance in your life
Transform your perfectionism from a liability to an asset. Let your instincts lead you to achieve your goals, but also learn to enjoy your journey and its rewards.

Bespreking

Een historiekje

Mijn publicaties over perfectionisme tot nu toe:

In dat laatste artikel formuleer ik een onverwachte stelling: perfectionisme is altijd positief; negatief perfectionisme bestaat niet. Die positieve strekking is deels bedoeld als tegengewicht tegen alle negativiteit rond perfectionisme. De kern van het betoog kan je hier nalezen. Mijn mening is uiteraard maar een druppel op de verhitte maatschappij, dus ik blijf de problematiek een beetje volgen, waardoor het boek "The Perfectionist's Handbook" mij onlangs opviel. Uit de rugtekst blijkt al dat dit boek wél een onderscheid maakt tussen positief en negatief perfectionisme; ten opzichte van die twee ronduit negatieve boeken (zie hoger) is dat alvast een verademing. Hoewel ik dat positief/negatief stadium al ongeveer voorbij ben, wil ik wel eens weten of er raakvlakken zijn. Of heeft Szymanski misschien toch gelijk, en moet ik mijn stelling herzien?

Deel 1 – Je perfectionisme begrijpen

Hoofdstuk 1 – Definities en types van perfectionisme

De auteur begint met de vraag: "wat is perfectionisme eigenlijk?". Een antwoord komt er jammer genoeg niet, maar wel een min of meer interessante poging om diverse situaties te beschrijven waarin perfectionisme aan bod komt. Verschillende soorten worden geïdentificeerd: afwezigheid van vergissingen of gebreken (bv. in een tekst), persoonlijke standaarden bereiken (bv. een diploma met onderscheiding), voldoen aan de verwachtingen van anderen (?!), orde en organisatie (opgeruimd bureau, informatie snel vindbaar), absoluten zoeken (bv. kennis, zekerheid, veiligheid), en de beste willen zijn. Elk van die situaties krijgt een positief en een negatief voorbeeld mee. Blijkbaar is het doel van dit hoofdstuk vooral om aan te tonen dat perfectionisme zowel positief als negatief kan zijn, maar de beschrijvingen zijn niet overtuigend. Voorlopig zie ik geen reden om mijn stelling te wijzigen. Wat ik voorlopig ook nog niet gezien heb is de indeling die in vorige bijdragen van pas kwam, nl. intern of extern gericht (positief of negatief) perfectionisme, waarbij de externe gerichtheid slaat op objecten, processen en systemen. Misschien komt dat later nog. Het boek gebruikt overigens de termen gezond en ongezond i.p.v. positief en negatief.

Hoofdstuk 2 – Je perfectionismeprofiel

Hier worden verschillende vormen van perfectionisme opnieuw bekeken, sommige in deelaspecten, waarbij je wordt gevraagd jezelf te positioneren op een schaal van 1 (ongezond) tot 7 (gezond). Een dergelijke schaalindeling werkt het best met 5 of 7 punten, dus dat aspect is hier alvast in orde. De tekst is overigens goed geschreven, in goed leesbaar Engels, zonder te veel moeilijke woorden. Verschillende categorieën worden behandeld: persoonlijke standaarden, beslissen en prioriteren, orde en organisatie, reactie op fouten, emoties, aandacht en evaluaties, en interpersoonlijke relaties. Deze verschillen wel van de typen in hoofdstuk 1, die zelf trouwens nergens terugkeren, wat twijfel doet rijzen over het nut van dat hoofdstuk 1 (en over het perfectionisme van de auteur).

Een voorbeeldje. Bij persoonlijke standaarden (ik vertaal):
(a) 1 – Er is vaak een grote kloof tussen mijn doelen en mijn feitelijke resultaten.
(b) 7 – Ik bereik meestal de doelen die ik mezelf stel of kom er dicht genoeg bij voor mijn eigen voldoening.
De bedoeling is dat je bepaalt waar je jezelf ziet tussen deze beide uitersten, met een cijfer, minimaal 1, maximaal 7. Dat bij (a) "vaak" staat en bij (b) "meestal" maakt de omschrijving wel realistisch, maar niet elk criterium is even realistisch behandeld.
In diezelfde categorie zitten nog twee criteria:
(c) 1 – Ik moet altijd een regel volgen, zelfs als ik erken dat die misschien niet altijd werkt.
(d) 7 – Ik volg regels en richtlijnen als ze werken, maar ik ben flexibel, aanpasbaar (origineel "adaptable"; dat kan echter niet, tenzij je gelooft in de maakbaarheid van de mens; gebrek aan perfectionisme) en creatief als dat nodig is.
…en:
(e) 1 – Ik moet overal de beste in zijn, ongeacht mijn vaardigheid of interesse in de activiteit.
(f) 7 – Ik ben goed in het besteden van tijd en energie aan die gebieden in mijn leven waar mijn sterke punten liggen.

We worden blijkbaar verondersteld aan te nemen dat (a), (c) en (e) gaan over ongezond perfectionisme.
(a) Een grote kloof tussen doelen en resultaten heeft te maken met een tekort aan inzicht of aan doorzettingsvermogen. Waar zit het ongezond perfectionisme?
(c) Regels volgen om de regels is een gevolg van verstarring, of van een gebrek aan inzicht of intelligentie; ook hier is geen sprake van (ongezond) perfectionisme. Er kan toch redelijkerwijze geen verband zijn tussen het slaafs volgen van nutteloze regels en het streven naar perfectie? Het valt niet te begrijpen.
(e) Overal per se de beste in willen zijn ongeacht vaardigheden of interesse lijkt mij een narcistisch trekje. Dat heeft niets te maken met perfectionisme, gezond noch ongezond.

Ten opzichte van teksten die perfectionisme zonder meer afkraken (en die doorgaans van de coaching sector afkomstig zijn) maakt de auteur hier een grote stap voorwaarts door de positieve kanten van perfectionisme te erkennen. Maar zijn gewaardeerde poging om een onderscheid tussen gezond en ongezond perfectionisme te maken lijkt nog steeds niets op te leveren. Niet alleen zie ik geen ongezond perfectionisme in uitdrukkingen (a), (c) en (e), ik zie ook geen gezond perfectionisme in (b), (d) en (f):
(b) Iedereen kan voor zichzelf bereikbare doelen stellen, hoog of laag; daar is geen perfectionisme voor nodig.
(d) Regels negeren die niet werken, dat kan iedereen; daar moet je geen perfectionist voor zijn.
(f) Idem voor het benutten van je sterke punten. Energie besteden aan wat je niet goed kan, dat is geen ongezond perfectionisme, maar energieverspilling.

Ik probeer nog een voorbeeld, in een poging om bevestiging te vinden.
Aandacht en evaluatie:
(1) Ik richt me op het negatieve: ik maak me zorgen over falen en hoe vreselijk het zou zijn als ik een fout zou maken, en ik ben bang om bekritiseerd te worden. Als dit geen faalangst is…
(7) Ik richt me op het positieve: ik streef naar succes, bouw voort op wat goed gaat, en geniet van een uitdaging. Positief zelfbeeld.
(1) Mijn evaluaties zijn alles-of-niets: negatieven heffen de positieven op. Maar alles-of-niets en positieven die negatieven opheffen, dat zijn wel twee verschillende aspecten (de dubbele punt suggereert een verband). Zwart-wit denken kan soms mentaal helpen, maar heeft nog geen realistische oplossing dichterbij gebracht. Ook hier weer geen verband met perfectionisme.
(7) Ik ben vrij evenwichtig in mijn evaluaties. Ik zie en tel zowel positieve als negatieve punten (waarna ze elkaar eventueel opheffen; waar zit het verschil?).
(1) Ik ben een chronische twijfelaar. Het lijkt onmogelijk om ergens een definitief besluit over te nemen en daaraan vast te houden. Nog steeds geen verband met perfectionisme.
(7) Ik vind het relatief gemakkelijk om me comfortabel te voelen met een beslissing als ik die eenmaal genomen heb. Een kwestie van zelfvertrouwen.
(1) Ik heb de neiging mezelf hard te bekritiseren wanneer mijn prestaties niet voldoen aan mijn normen. Een negatief zelfbeeld.
(7) Ik erken fouten die ik maak, en hoewel ik er teleurgesteld over ben, cultiveer ik een probleemoplossende aanpak om het de volgende keer beter te doen. Een positief zelfbeeld.

Hier lijkt alles te draaien om het zelfbeeld. Is dat negatief, dan neig je op alle punten naar (1), positief neigt naar (7). Maar ik zie geen verband tussen een negatief zelfbeeld en ongezond perfectionisme, tenzij je ervan uitgaat dat elk negatief zelfbeeld een gevolg is van ongezond perfectionisme (wat mij absurd lijkt). Bij het eerste voorbeeld over de persoonlijke standaarden geldt in feite hetzelfde. Ik krijg bijgevolg de indruk dat gezond en ongezond perfectionisme in dit boek staat voor positief en negatief zelfbeeld, wat een gigantisch vlag-en-ladingprobleem zou zijn. Even afwachten wat er nog komt in de volgende hoofdstukken.

Hoofdstuk 3 – Inzicht leidt niet altijd tot verandering

Dat inzicht niet altijd leidt tot verandering geloof ik best, in het licht van het vlag-en-ladingprobleem in hoofdstuk twee. En het kan nog erger. We vertrekken van een interessante vraag: als roken zo slecht is, waarom blijven mensen dan roken? Daar zijn verschillende mogelijke oorzaken voor. Ik vertaal vrij: het ontspant mij, ik voel mij minder angstig, ik ben even uit het kantoor en weg van de baas, het is een leuke afleiding, het verzet mijn gedachten, ik beloon mijzelf, ik geraak beter door de dag. En dan komt het: "hetzelfde principe uit het voorbeeld van roken" (dus dat een gedrag zowel positieve als negatieve gevolgen kan hebben) "is van toepassing op perfectionisme". Alstublieft. Perfectionisme is vergelijkbaar met een rookverslaving. Mijn hoop op een positieve benadering van perfectionisme wordt zo ongeveer in de grond geboord.

Ik heb een donkerbruin vermoeden dat de auteur zelf worstelt met de tegenstelling tussen gezond en ongezond perfectionisme. Hij zegt zelf perfectionistisch te zijn, bv. qua orde en organisatie, dus hij kent de voordelen van perfectionisme. Tegelijk leest hij in de perfectionismeliteratuur alleen maar negatieve beschrijvingen en commentaren, die perfectionisme eenzijdig als een psychologisch kenmerk aan de persoon toewijzen. Bijgevolg stelt hij zich de vraag waarom een persoon (anderen dan hijzelf) een bepaald gedrag (nl. perfectionisme zoals dat door de perfectionismeliteratuur wordt beschreven) zou aanhouden als dat niet gezond is. Vervolgens denkt hij een analogie te vinden in het roken.

Dan volgt een lijstje van voordelen en nadelen van perfectionisme. Ook hier denk ik dat de auteur de voordelen uit zichzelf haalt, en de nadelen uit de literatuur. Eens kijken wat we daar vinden.

De voordelen:

  • gevoel van competentie, zelfvertrouwen en eigenwaarde; bv. als gevolg van het realiseren van een uitdagend doel, maar het verband met perfectionisme is onduidelijk; tenzij misschien dat het doel van een perfectionist uitdagender is dan gemiddeld, en dan ook de bevrediging hoger dan gemiddeld is?
  • verhoogd gevoel van tevredenheid; gaat samen met het vorige;
  • groter gevoel van verwezenlijking en prestatie; nog steeds hetzelfde…?
  • door anderen gezien als betrouwbaar; idem;
  • gevoel van waardering door anderen; idem;
  • bevrijding van spanning; nog steeds het gevolg van de realisatie, waar perfectionisme al dan niet een rol in speelde
  • vermijden van ambiguïteit en onzekerheid; hier zie ik wel een verband: om ambiguïteit (steevast het gevolg van vlag-en-ladingproblemen en gebrekkige aspectscheidingen) en onzekerheid (doorgaans het gevolg van ambiguïteit) te reduceren heb je wel wat doorzettingsvermogen nodig, wat je kan zien als een ingrediënt van perfectionisme;
  • vermijding van catastrofale gevolgen van het maken van fouten (dom lijken, een gevoel van schaamte, enz.); dat je fouten maken wil vermijden in een werkomgeving, lijkt mij eerder een elementaire voorzorg; hopelijk doet iedereen dat, en niet alleen perfectionisten;
  • meer aandacht en lof van anderen; dat is nog te bezien; zeker niet van anti-perfectionisten
  • gevoel van uniciteit of bijzonderheid. beetje narcisme kan geen kwaad zeker?

De nadelen:

  • chronische gevoelens van angst en stress; niks van; gezond perfectionisme is gezond voor de geest
  • chronische gevoelens van schuld en teleurstelling over het niet bereiken van iets belangrijks; eigen fout, maar dat staat los van een al dan niet perfectionistische aanpak
  • chronische gevoelens van boosheid en frustratie op jezelf en anderen; dat is onmacht, geen perfectionisme; de redenering hierachter is typisch, en gevaarlijk fout: "als je iets probeert, en het lukt niet, dan is dat ongezond perfectionisme"; moet je dan maar helemaal niks meer proberen?
  • chronische uitputting, vermoeidheid en weinig energie; dat is vermoedelijk een burn-out…
  • laag gevoel van eigenwaarde; dat kan veel oorzaken hebben, en het vormt een probleem dat ver om zich heen grijpt, maar evengoed een oorzaak heeft in de werkomgeving
  • grote inspanning voor weinig rendement; gevolg van ondoordacht werken, en (dus!) niet van perfectionisme
  • dingen worden gemakkelijk ongedaan gemaakt (door wie of wat?), zelfs als ze aanvankelijk goed zijn gedaan; ??;snap ik niet
  • hoge tijdsbesteding en onderhoudseisen die afleiden van andere levensdoelen of ervaringen; dat de perfectionist zich per definitie verliest in details is een hardnekkig misverstand; een focus op nutteloze details is alles behalve perfectionisme
  • vals gevoel van veiligheid; ??
  • rigide en controlerende persoonlijkheid; geen verband met perfectionisme
  • veel taakvermijding, uitstelgedrag en gemiste deadlines. veel mogelijk oorzaken, maar geen perfectionisme

Terwijl ik mijn reacties toevoeg krijg ik de indruk dat ik de boel hier zelf verdraai: perfectionisme is per definitie positief, dus alles wat negatief is kan niet het gevolg zijn van perfectionisme. Lijkt mij nog steeds OK, maar uiteindelijk komt het dan weer neer op een definitie: wat is perfectionisme? Ik verwijs graag naar mijn eerste blogartikel daarover: Perfectionisme: een analyse. Jammer dat de auteur zelf de beloofde definitie niet gaf in hoofdstuk 1. Het blijft mij verbazen dat perfectionisme zo algemeen als een ongezond fenomeen wordt bekeken; zelfs Merriam-Webster weet niets positiefs te verkondigen. Hoe gaan we dit ooit opgelost krijgen? Alvast niet met dit boek. Misschien leidt inzicht wel altijd tot verandering, maar als het inzicht ontbreekt…

Ik ga toch nog even verder, meer bepaald op die kosten-batenanalyse. Houd u vast.

Tot nu toe hebben we de voor- en nadelen besproken op een manier die duidelijk maakt dat deze uitkomsten het een of het ander moeten zijn. Het is echter vrij waarschijnlijk dat uw perfectionisme (hier wordt nog maar eens gesuggereerd dat dit een algemene menselijke eigenschap is die je in een bepaalde mate hebt)(en die "echter" lijkt een verband te leggen dat er niet is) soms loont en soms averechts werkt. Een manier om onderscheid te maken tussen beide is na te gaan of het goede (wat is het goede?) opweegt tegen het kwade (en wat is het kwade? de definitie verschuift van gezond/ongezond naar goed/kwaad). Als een gedrag meer opbrengt dan kost (goed/kwaad is blijkbaar een economische afweging), is er sprake van gezond perfectionisme. Maar ongezond perfectionisme is aan de orde als je meer kosten dan baten hebt.

Dit is nogal een simpele redenering. Perfectionisme wordt blijkbaar gezien als een eigenschap die doorwerkt in alles wat je doet; als de baten doorwegen is het gezond, en als de kosten doorwegen is het ongezond. Om te beginnen is die afweging simplistisch, maar belangrijker: zo werkt het niet. Je bent niet perfectionistisch zoals je slim of muzikaal of introvert bent. Je bent perfectionistisch in een bepaalde actie, met het oog op een bepaald doel. De permanente toekenning van de eigenschap "perfectionisme" aan een persoon is misschien wel de kern van het hele probleem, van de eenzijdig negatieve kijk op perfectionisme. Niemand is perfect in al zijn acties of bedoelingen, ook niet als we "perfect" definiëren als het hoogst haalbare, dus "perfectionisme" opvatten als mensdefiniërende eigenschap is onzin.

Maar uiteindelijk is deze boekbespreking niet de juiste gelegenheid om dat verder uit te spitten. Ik kan wel besluiten dat deel 1 van het boek, "Je perfectionisme begrijpen", waardeloos is. Hoe zit dat met de rest?

Deel 2 – Gezond perfectionisme maximaliseren

Hoofdstuk 4 – De dingen perfect willen hebben is misschien niet het probleem…

Onderzoek naar perfectionisme heeft uitgewezen dat het streven naar persoonlijke normen niet is waar het probleem zich voordoet. In plaats daarvan komen mensen in de problemen als ze bezig zijn met fouten maken en overmatig aan zichzelf twijfelen. Moet er nog zand zijn? Jammer dat de auteur hier geen verwijzing bij geeft; afgaand op de literatuurlijst bij dit hoofdstuk vermoed ik dat het gaat om een onderzoek uit 2009 van Stoeber, die eerder al aan bod kwam.

Even verder schrijft Szymanski:
Je bevindt je op het terrein van gezond perfectionisme als de opbrengsten groter zijn dan de kosten (blijft vaag), als je streeft naar en voldoet aan (!) de normen die je voor jezelf stelt, en als je waarde hecht aan organisatie. (1) Dit negeert nog steeds perfectie in objecten, processen en systemen. (2) "Normen die je aan jezelf stelt" komen altijd ergens vandaan. Er is echter sprake van ongezond perfectionisme als je gedrag, keuzes en strategieën worden gedreven door factoren als faalangst (voila!; zie ook hier), chronische bezorgdheid over het maken van fouten (nogmaals faalangst), constante zelftwijfel (idem, of laag zelfbeeld), pogingen om te voldoen aan de verwachtingen die anderen van je hebben (idem), angst om altijd tekort te schieten ten opzichte van zelfgemaakte doelen (idem), en als je kosten groter zijn dan je opbrengsten. Moet er nú nog zand zijn? Ik vind het moeilijk te begrijpen dat een expert als Szymanski, met zijn ervaring op het vlak van OCD (obsessive-compulsive disorder) of dwangstoornissen (of was hij alleen maar "manager" van de International OCD Foundation? ;-) niet inziet dat die negatieve punten niets met perfectionisme te maken hebben, maar wel alles met faalangst. Het zou natuurlijk ook kunnen dat hij zonder meer de officiële strekking van zijn instituut moet volgen (zie bv. hier en hier). Ook het verband tussen OCD en perfectionisme wordt regelmatig beschreven op sites van de vele Amerikaanse psychotherapeutische organisaties (bv. de APA), maar telkens vanuit de negatieve visie op perfectionisme. Het is natuurlijk wel moeilijk om iets positiefs te zien in perfectionisme als het in "officiële" handboeken wordt beschreven als een afwijking.

En dan is er nog een restgroep. Niet-perfectionisten zijn de mensen die zich minder zorgen lijken te maken over hun resultaten. Zij stellen zich geen bijzonder hoge eisen, en in veel gevallen vinden zij het prima om gemiddeld te zijn. De auteur onderscheidt dus drie groepen: gezonde perfectionisten, ongezonde perfectionisten, en niet-perfectionisten. Schitterende combinatie van gebrekkige aspectscheiding en een vlag-en-ladingprobleem. Eigenlijk is het niet meer leuk wat hier gebeurt. Immers:

  • Perfectionisten bestaan niet. Je bent niet "een perfectionist" (al dan niet gezond), of een "niet-perfectionist". Perfectionisme is een gedrag dat je in bepaalde gevallen aanneemt om resultaten te optimaliseren. Het is wel begrijpelijk dat een persoon die perfectionistisch gedrag vertoont een perfectionist genoemd wordt, maar dat blijft een vlag-en-ladingprobleem, omdat gesuggereerd wordt dat perfectionisme een permanent kenmerk is.
  • Ongezond perfectionisme bestaat niet; wat men doorgaans bedoelt is faalangst.
  • Als we dan toch zouden spreken over perfectionisten en niet-perfectionisten, dan zijn er ook nog de anti-perfectionisten. Dat is de belangrijke groep mensen die zich actief afzetten tegen perfectionisme, mee verantwoordelijk zijn voor de foutieve behandeling van faalangst door perfectionisme-coaches, door hun afkeer van perfectionisme de aandacht afleiden van basale fouten in organisatie- en informatiesystemen, en daardoor het perfectioneren van objecten, processen en systemen tegenwerken.
  • Maar het kan ook nog erger; zie metingenfixatie en managerialisme (geen verband met perfectionisme).

Nog een opmerkelijk fragment uit dit hoofdstuk:

Een overzicht van 20 jaar perfectionisme-onderzoek vergeleek gezonde perfectionisten met ongezonde perfectionisten en niet-perfectionisten. Uit dit onderzoek bleek dat gezond perfectionisme samenhing met hogere prestaties, meer eigenwaarde, meer positieve gevoelens, meer tevredenheid met het leven, een actieve copingstijl (versus vermijdend), meer sociale steun, meer academisch succes (bijv. hogere cijfers), gemak in interpersoonlijke relaties, hoger niveau van consciëntieusheid, hogere niveaus van extraversie, minder depressie, minder angst, minder uitstelgedrag, en minder zelfverwijt. In veel gevallen is "gezond perfectionisme" het doel. Juist daarom zijn de in dit boek uiteengezette alternatieven een poging om uw perfectionisme om te zetten in een reeks strategieën die voor u beter renderen (d.w.z. uw gezond perfectionisme maximaliseren).

Ik ga er verder van uit dat het "gezond perfectionisme" van de auteur overeenkomt met gewoonweg "perfectionisme", en ongezond perfectionisme flauwe kul is. Het fragment hierboven geeft een reeks kenmerken die zouden samenhangen met perfectionisme. Lees dat rijtje eens opnieuw, en bedenk dan het volgende: zou het kunnen dat personen die meer aan dit lijstje beantwoorden ook meer perfectionisme aan de dag leggen (in plaats van omgekeerd)? Gewoon omdat dit succesvolle personen zijn die het misschien dank zij perfectionisme verder gebracht hebben dan gemiddeld, of die intelligent genoeg zijn om te begrijpen waar perfectionisme kan toegepast worden, en waar het loont? Bovendien is niet perfectionisme het doel, maar wel objecten, processen en systemen perfectioneren. Het hele misverstand komt voort uit het idee dat perfectionisme een permanente eigenschap is, in plaats van een vrijwillig gedrag, en dit misverstand wordt in leven gehouden door personen die niet inzien waar perfectionisme loont. Inzicht dat er niet is kan niet tot verandering leiden.

In de rest van het hoofdstuk worden "strategieën" (in feite werkgewoonten) besproken die nadelig zijn. Allemaal heel interessant en realistisch, ware het niet dat ze als "perfectionistische strategieën" worden weggezet. Ik krijg meer en meer de indruk dat dit zonder het perfectionisme-misverstand wel een interessant boek zou kunnen zijn, ook al lijken veel van de personen uit de voorbeelden een gebrek aan intelligentie te vertonen…

Hoofdstuk 5 – De les van de afnemende meeropbrengsten

Subtitel: leer je inspanningen te analyseren. Ik begin met goede moed aan dit nieuwe hoofdstuk, maar stoot al dadelijk op een nieuw vlag-en-ladingprobleem. Ik ga dat nog beschrijven, omdat het een interessant voorbeeld betreft, maar daarna ga ik ermee stoppen; zo te zien is alles wat fout gaat de schuld van ongezond perfectionisme, en dat gaat allicht niet veranderen in de rest van het boek. Dit voorbeeld is niet te vertalen.

The "more is better" strategy does not always work. Remember the earlier distinction we made between persistence and perseveration. Persistence involves sustained attention, a history of your efforts paying off, and adaptability and flexibility. When you're persistent, you proceed step by step and stay focused on the big picture goal. With perseveration, you get bogged down in the first few steps of a task. You continue trying to make something work even if it isn't working and insist upon completing each step perfectly before moving on to the next one. In contrast to persistence, perseveration causes you to lose sight of your ultimate goal.

Szymanski maakt een nogal strikt onderscheid tussen "persistence" en "perseveration", met de ondertoon dat "persistence" wijst op "gezond perfectionisme", en "perseveration" op "ongezond perfectionisme". Als je deze termen vertaalt krijg je (met Google Translate) in beide gevallen "doorzettingsvermogen" of (met DeepL) afwisselend "doorzettingsvermogen" en "volharding"; ondanks artificiële intelligentie krijgen vertalers dit niet correct vertaald. Wat zegt Merriam-Webster?

Persistence: (1) the action or fact of persisting, (2) the quality or state of being persistent. Synonym: perseverance. In het Nederlands: volharding (voor levende wezens), of persistentie (bv. voor stoffen die niet vergaan).
Perseverance: continued effort to do or achieve something despite difficulties, failure, or opposition: the action or condition or an instance of persevering: steadfastness. Standvastigheid.
Perseveration: continuation of something (such as an activity or thought) usually to an extreme degree or beyond a desired point; specifically, psychology: the continual involuntary repetition of a thought or behavior. Hardnekkigheid.

Deze termen blijken ook als persistentie en perseveratie in het Nederlands te bestaan, met dezelfde betekenissen als in het Engels. Van Dale over perseveratie: (bij geestesstoornissen) het blijven herhalen van bewegingen of van reeds uitgesproken woorden of woorddelen; (als niet-ziekelijk verschijnsel) het niet los kunnen komen van iets dat de geest bezighoudt of bv. van een melodie die in het hoofd hangt. We hebben dus een dubbel probleem: (1) Szymanski's beschrijving hierboven van "perseveration" is uit de lucht gegrepen (of uit de perfectionismeliteratuur uiteraard)(kijk maar na), en (2) de "ziekelijke" interpretatie van perseveratie wordt gehecht aan ongezond perfectionisme, en persistentie aan gezond perfectionisme, waardoor het foutief gedefinieerde verschil tussen beide wordt misbruikt om een verschil te forceren tussen gezond en ongezond perfectionisme. Dit is niet OK!

Wat verder lees ik ook dit: je gezonde perfectionisme motiveert je om goede resultaten af te leveren; je ongezonde perfectionisme verdoet je tijd en ontmoedigt je. Behalve het vreemde feit dat nu ineens gezond en ongezond perfectionisme naast elkaar lijken te kunnen bestaan (en dergelijke inconsistenties duiken wel vaker op in het boek), wordt hier weer gesuggereerd dat ongezond perfectionisme een eigenschap is die tijdverlies en ontmoediging veroorzaakt. Terwijl het faalangst is die je tijd kost en ontmoedigt.

Besluit

Ik houd het hier voor bekeken. Misschien lees ik nog eens verder in het boek, maar dat zal vermoedelijk geen verschil meer maken. Het wordt mij nu wel duidelijk dat het vlag-en-ladingprobleem van de term perfectionisme hardnekkiger en meer verspreid is dan ik dacht. Ik denk nu dat de filosofische variant, die ik in mijn eerste artikel negeerde, wel van belang is, en dan heb ik m.a.w. een essentieel aspect over het hoofd gezien. Zie ook mijn volgend artikel Perfectionisme: een misverstand ontrafeld.