Gebrekkige aspectscheiding
Een voorbeeld: de voorrang van rechts
Je kent waarschijnlijk wel een plaats waar je als autobestuurder denkt: "Huh? Hier voorrang van rechts?". Deze maatregel is indertijd ingevoerd om voorrangsproblemen op bepaalde kruispunten op te lossen, maar is in de loop van de tijd veralgemeend (voorrang van rechts geldt altijd, op de uitzonderingen na). Daardoor geldt de voorrang van rechts ook dikwijls op plaatsen waar je dat niet verwacht. Vermits je als bestuurder altijd in staat moet zijn om een van rechts komend voertuig voorrang te verlenen, moet je je snelheid matigen aan kruispunten om tijdig te kunnen stoppen, ook bij slecht zicht. Dat snelheidsregelend effect wordt door overheden en wegbeheerders ook bewust gebruikt. Regelmatig zie je extra borden B17 (driehoek rode rand met zwarte X) op plaatsen waar er overduidelijk geen voorrangsprobleem is. Waar een betonnen veldweg op een hoofdweg uitkomt (en waar de verharde veldweg volgens de veralgemeende regel voorrang heeft), zou men evengoed een bord B1 (omgekeerde driehoek rode rand, voorrang verlenen) kunnen plaatsen voor de veldweg; een bord B17 voor de hoofdweg is dan duidelijk bedoeld als snelheidsbeperking.
Aspecten op een hoopje
De voorrang van rechts combineert dus een voorrangsregeling met een snelheidsregeling. Dit zijn twee afzonderlijke aspecten, die op een hoopje gegooid worden. Die combinatie veroorzaakt verschillende problemen.
– Bestuurders kiezen hun snelheid op basis van verschillende criteria, zoals de aangeduide snelheidbeperking, de staat van de weg, de weersomstandigheden, het verkeer e.d. De invloed daarop van de voorrang van rechts is niet in de wet geregeld, en dus is de reactie van bestuurders daarop zeer gevarieerd; sommigen vertragen veel, anderen weinig of niet. Dat geeft meer kans op incidenten.
– Op plaatsen waar de voorrang van rechts puur als snelheidsregeling wordt toegepast (omdat er in feite geen voorrangsprobleem is), leren de bestuurders de voorrang van rechts te negeren, en dan doen ze dat elders ook.
– Om op een bepaald kruispunt de verkeersregels duidelijk te maken of de correcte toepassing ervan te vereenvoudigen, zijn dikwijls extra kosten nodig voor wegmarkeringen, verkeersborden en spiegels.
– Plaatselijk groeien onder de lokale bestuurders gewoonten over waar de voorrang wordt toegepast en waar niet, met alweer een grotere kans op conflicten met niet-lokale bestuurders.
Probleem en oplossing
Het voorrang-van-rechts probleem is één van de meer flagrante voorbeelden. In dit specifiek geval zou de bedenking moeten zijn: een regel betreffende voorrang gebruiken als snelheidsbeperking, dat is een vermenging van twee aspecten, dus dat levert problemen op, dus dat doen we beter niet.
Algemeen: als een probleem niet heel duidelijk kan geformuleerd worden, en zeker als daar verschillende meningen over bestaan, en de neiging bestaat om compromissen te zoeken (!), dan gaat het waarschijnlijk om een gebrekkige aspectscheiding. Probeer de afzonderlijke aspecten te scheiden, en voor elk apart oplossingen te vinden.