VRT zet deur open voor meer tussentaal

Bron: De Standaard

De VRT werkt aan een nieuw Taalcharter, waarin tussentaal en buitenlandse accenten vaker gedoogd worden. 'We willen de regels beter afstemmen op wat er al gezegd wordt in VRT-programma's', zegt de VRT-taalraadsvrouw.

maandag 13 februari 2023 om 3.25 uur

Al dadelijk een vreemde kop. De VRT heeft een taalcharter; het document vind je hier, meer uitleg daarover staat hier. Dat charter legt uit hoe de VRT binnen haar aanbod omgaat met taal; het is een richtlijn. Dat de VRT-taalraadsvrouw (nieuw woord?) zegt dat ze (de VRT) de "regels beter willen afstemmen op wat er al gezegd wordt in VRT-programma's" lijkt mij een vreemde manier van werken. Ik denk terug aan die uitspraak van Timothy Colleman in Algemene Nederlandse Communicatiekunst?: "Als je ervan uitgaat dat het gebruik van een taal de norm bepaalt, dan kun je niet anders dan besluiten dat de norm verschoven is". Diezelfde hond die in mei '21 zijn staart ving schijnt nog steeds rond te draaien. Als het taalcharter bepaalt hoe de VRT met taal omgaat, dan kan je de inhoud van het taalcharter niet laten bepalen door wat er al gezegd wordt. Als je de logica negeert vraag je om miserie.

"Valentijn? Oh nee, ikdoedernie­aonmee", hoorden we Kim Van ­Oncen afgelopen week zeggen op de radio. Van Oncen presenteert samen met Peter Van de Veire 'Goeiemorgen, morgen!', het nieuwe ­ochtendblok van Radio 2. Van de Veire praat er Standaardnederlands, Van Oncen hoor je vaak ­Antwerpse tussentaal spreken.

Zondag konden taalpuristen zich zoals elke week ergeren aan de tussentaal van Tom ­Waes in Het verhaal van Vlaanderen. En in The greatest dancer van Vlaanderen op Eén wisselen ­presentatoren Aster Nzeyimana en Siska Schoeters tussentaal en ­accentloos Standaardnederlands af.

Strikt genomen overtreden zij daarmee het VRT-Taalcharter, dat het taalbeleid van de publieke ­omroep uiteenzet en de taaleisen ­beschrijft waaraan medewerkers van de openbare omroep moeten ­voldoen. 'Van stemmen die een dragende rol spelen in de omgang met de mediagebruiker, zoals presentatoren en hosts, wordt gebruik van standaardtaal verwacht', staat er. Ook gelegenheidspresentatoren (wat Waes, Van Oncen, Schoeters en Nzeyimana niet eens zijn) moeten standaardtaal praten, al is voor hen 'een lichte regionale tongval' toegelaten. De regels zijn minder streng voor fictie en humoristische programma's: daar zijn ook dialect en tussentaal toegelaten. Een uitzondering blijft Ketnet, waar standaardtaal de norm is, ook in fictie. Hier zitten uiteraard verschillende kanten aan, zoals meestal. Heb ik een probleem met de taal van Tom Waes? Neen. We kennen Tom Waes als de sympathieke macho die liefst Antwerps praat. En ik heb niets tegen dialecten, integendeel. Heb ik een probleem met Waes als duurbetaalde presentator? In principe niet, in de veronderstelling dat er organismen zijn die de uitgaven van de VRT in het oog houden. Heb ik een probleem met de taal van Tom Waes als presentator van Het Verhaal van Vlaanderen? Ge moogt gerust zijn. Om twee redenen zelfs. (1) Dit is tegen het taalcharter. Als zelfverklaard partieel expert omtrent organisatieproblemen kan ik bevestigen dat bewust afwijken van richtlijnen geen goede praktijk is (en slechte richtlijnen niet corrigeren is nog erger). Als dít kan, wat kan dan nog allemaal? (2) Ik verwacht niet dat een streektaal op TV wordt gebruikt in een op heel Vlaanderen gericht programma, en al zeker niet die van de grootste stad van Vlaanderen (een beetje chauvinisme is ook anderen niet vreemd). Als we alle dialecten evenwichtig willen behandelen, dat zijn er te weinig TV-programma's. Stel je voor dat Het Verhaal van Vlaanderen zou gepresenteerd worden in het Hasselts dialect. Dan heb je ofwel zwaar protest van de rest van het land (inclusief de rest van Limburg!), ofwel geen kat die nog kijkt. Waes' tongval vind ik gaan probleem in Het Verhaal van Vlaanderen, maar "wa is dees" wel, zunne. 

Het Kempisch van Natalia

De taaleisen die in het Taalcharter staan, dateren van 2012. Even ­waren er plannen om het charter bij te sturen, maar uiteindelijk werd het document in 2017 opnieuw bekrachtigd. "Maar in vijf jaar tijd is er veel veranderd in de manier waarop we taal benaderen", zegt Geertje Slangen, de taalraadsvrouw van de VRT, die vorig jaar Ruud Hendrickx opvolgde. W817! Basale fout: vlag-en-ladingprobleem. Wat is een charter? Kijk maar eens na op Wikipedia: "een charter, oorkonde, handvest, manifest of keure is een tekst die is opgesteld om op gebalde wijze een aantal principes over een bepaald onderwerp te codificeren en als een referentietekst te presenteren, waarop wetten en handelingen kunnen worden gestoeld en algemene gedragslijnen kunnen worden afgestemd of aan getoetst". Voila! Een charter is niet iets dat om de zoveel jaar moet aangepast worden! Je kan richtlijnen afleiden uit een charter (!), en die richtlijnen regelmatig herzien om ze aan te passen aan gewijzigde omstandigheden (!), maar je charter, daar blijf je af. Leo Tindemans zou zeggen: "een charter is geen vodje papier". Vitterij? Denk het niet. Door een charter om de zoveel jaar aan te passen geef je mensen de indruk dat charters aan de omstandigheden kunnen/moeten/mogen aangepast worden, en dat is niet de bedoeling. Het zou dus beter zijn om iets wat geen charter is ook geen charter te noemen, maar bv. richtlijn. Ook dát is taalbeleid. "We willen het Taalcharter daarom ­herzien, ik zal een voorstel uitwerken. Het is de bedoeling om de ­regels beter af te stemmen op de maatschappelijke realiteit en ook op wat er effectief gezegd wordt in VRT-programma's. Weer die misvatting; de hond die zijn staart vangt. Dat wil niet zeggen dat we standaardtaal los­laten, maar we moeten de verschillende rollen en situaties waarin we taalvariatie toelaten, duidelijker aangeven. Dan is het ook voor onze presentatoren duidelijker." Als dat betekent dat Tom Waes voortaan "wat is dit" moet zeggen in plaats van "wa is dees", vind ik dat een positieve evolutie. Ook al gaan we dan weer te horen krijgen dat "wat is dit" niet past bij Tom Waes… Allemaal het gevolg van het negeren van richtlijnen.

<< Het originele artikel pakt hier uit met een enquête; zie onderaan. >>

Voor uitzendingen van de nieuwsdienst zal accentloos Standaardnederlands de norm blijven. "Dat is ook zo voor Ketnet, omdat kinderen volop aan taalverwerving doen", zegt Slangen. "Maar daarnaast moet meer ruimte komen voor buitenlandse accenten, informele omgangstaal (tussentaal, red.) en regionale variatie." (1) Zie de commentaar van Mooijman: kinderen krijgen Standaardnederlands voorgeschoteld, maar Nederlands lerende buitenlanders niet? (2) Kan je je voorstellen: de Turkse televisie die ruimte maakt voor Vlaamse accenten?

Want er is wel degelijk iets ­veranderd in de houding van de VRT tegenover tussentaal. Toen Natalia in 2014 de MIA's presenteerde op Eén, verontschuldigde toenmalig taaladviseur Ruud ­Hendrickx zich nadien in een open brief voor haar Kempische tussentaal. Fast forward naar de MIA's van dit jaar: daar spotte Tom Waes met de kritiek die hij van Europees Parlementslid Geert Bourgeois (N-VA) had gekregen op zijn taalgebruik door plat Antwerps te praten. Dat Ruud Hendrickx van functie veranderde en Tom Waes zijn ding mag doen in een duidend programma (Het Verhaal van Vlaanderen; niet de MIA's, nee) wijst misschien eerder op het indringen van anti-standaardtalige invloeden op de VRT dan op een maatschappelijke realiteit.

  • Opinie| Tussentaal op tv: welk is dees?  Een humoristisch stukje van Hendrik Tratsaert, over de gewoonte om "welk?" te zeggen in plaats van "wablief?". Met hier en daar een serieuze paragraaf, zoals deze:
    Het welk-woord is helaas symptomatisch voor de onbewust of bewust slordige omgang met de Nederlandse taal. Als zelfs tv-coryfeeën het geen probleem vinden om hun particuliere tussentaal te bezigen, dan sluit je communicatief een deel van de bevolking uit. Je moet in beide voorbeelden veel geld verdienen, in het geval van Tom Waes via publieke VRT-middelen, om zomaar krom te mogen praten als presentator in primetime (het andere geval is Gert Verhulst). Geloof mij, dat zou in geen enkel buurland kunnen.

Slangen is niet van plan om zich daarvoor te excuseren. "Die taal­variëteit is een maatschappelijke realiteit: waarom zouden we die omgangstaal als VRT niet voor een stuk mogen omarmen? Maar ik ­begrijp ook de ergernis: het zou ­beter zijn als Tom Waes ook Standaardnederlands zou praten als hij zich tot de kijker richt, zoals hij doet in de voice-overs." Ah, toch…

Stemtest niet verplicht

In de praktijk gaat de VRT al een ­hele tijd losser om met de taal­regels die in het elf jaar oude Taalcharter staan. En mag dat zomaar? Dit is een ondergraving van het idee van een charter. Ze hadden er beter richtlijnen van gemaakt. Zo zijn VRT-stemmen niet meer verplicht om ­binnen een bepaalde termijn het notoir strenge stemattest van de VRT te halen. (1) Oeps, foutje: dit staat niet in het Taalcharter. (2) Van verloedering gesproken; als afgesproken termijnen al niet meer gelden, wat dan wel nog? "We organiseren nog altijd een maandelijkse auditiecommissie waar medewerkers hun stem laten beoordelen en we begeleiden presentatoren, onder wie ook Kim Van Oncen", aldus Slangen. Ach zo, net als in het onderwijs: de competentie is minder belangrijk, als de kandidaat maar op een maatschappelijk aanvaardbare manier ondersteund wordt…

Stemmen worden ook anders beoordeeld. Dat vind ik wel begrijpelijker dan afwijkingen op een afgesproken termijn. "Een correcte, accentloze uitspraak blijft belangrijk, maar minstens even belangrijk is dat iemand op een natuurlijke ­manier en met persoonlijkheid kan vertellen", zegt Slangen. "Het gevolg is dat medewerkers veel natuurlijker klinken. Bedoelt ze "minder stijf"? Daar bereiken we een veel groter publiek mee (zit iets in), ook mensen voor wie het Nederlands niet de eerste taal is." Allochtonen zijn meer gebaat bij de algemeenheid van Standaardnederlands, dan bij een veelheid aan streektalen. Maar ook dát is een discussie die al jaren meegaat.

Volgens de beheersovereenkomst is Algemeen Nederlands dé standaard voor de VRT-programma's. "Tussentaal en dialect ­kunnen enkel per uitzondering en in het belang van een breder ­concept van een programma en/of andere mediadienst", staat er nog. De vraag is hoe breed de VRT die ­regels kan interpreteren in haar nieuwe charter (beter 'richtlijnen'). "De VRT bevindt zich in een spreidstand met wat er elders in de beheersovereenkomst staat", zegt Slangen. "Volgens die overeenkomst zijn ook authenticiteit en diversiteit heel ­belangrijk en moet de VRT reflecteren wat er leeft in de maatschappij. OK. Dat is moeilijk te verzoenen met een nauwe focus op standaardtaal. Als Aster en Siska tussentalig spreken in The greatest dancer, doen ze dat steevast als ze gesprekjes met elkaar of het studiopubliek voeren. Op dat moment is hun rol niet die van presentator, maar van iemand die in dialoog gaat. Als je met ­mensen praat en met hen verbinding wil maken, is het soms handiger om dat te doen in een taal die aansluit bij hoe Vlamingen ook echt praten, en dat is bijna nooit accentloos Standaardnederlands." Misschien zit hier wel de kern van het probleem. Kan de VRT vasthouden aan het Algemeen Nederlands, en toch reflecteren wat er leeft in de maatschappij? Ik voel aan mijn water dat er een gebrekkige aspectscheiding gaat opduiken. De ene Geert (Bourgeois) denkt aan de nieuwslezers en zegt als hooggeplaatste Vlaamse politicus volmondig ja, en de andere Geert (Slangen) denkt aan wat er leeft in de maatschappij, en zegt als laaggeplaatste VRT-medewerker voorzichtig neen. Ze hebben allebei gelijk, maar als je alle aspecten op een hoopje gooit lijkt het alsof ze het grondig oneens zijn. Sinds ik bezig ben met die basale fouten krijg ik meer en meer de indruk dat de meeste conflicten, zo niet allemaal, berusten op daaruit volgende misverstanden.

Weg met VRT Taal

Het taalgebruik dat je hoort op de VRT, is één ding. Er is ook de rol die de VRT speelt als bewaker van correct Nederlands. Die positie als lichtend taalbaken voor de ­Vlaming is de publieke omroep meer en meer aan het lossen. Toen Hendrickx vorig jaar ­afscheid nam als VRT-taaladviseur verdwenen ook de Taalmails met taaltips die hij ruim twintig jaar lang verspreidde. In januari ging VRT Taal offline, de databank met taaladviezen van de VRT die voor iedereen toegankelijk was. De website wordt overgeheveld naar Team Taaladvies, de dienst van de Vlaamse overheid. Terecht, denk ik. (1) Parallelle processen (basale fout!) werken nooit optimaal (zie ook Te veel vlaggen). (2) Ondersteuning van de Nederlandse taal mag je verwachten van de Vlaamse en Nederlandse overheid, maar niet van een omroep die moet reflecteren wat er leeft in Vlaanderen (ik denk overigens dat actuele programma's, en niet enkel die van de VRT, soms te ver gaan met dat reflecteren, maar dit terzijde). Ik vond het jammer dat Ruud Hendrickx verdween als baken van proper VRT-Nederlands, maar dat had misschien zijn rol niet moeten worden. In die zin kan een herziening van het VRT Taalcharter wel nuttig zijn, als die ertoe bijdraagt dat de verantwoordelijkheden beter worden afgebakend. (3) Met de stopzetting van VRT Taal is uiteraard niet alles opgelost. Ik heb zelf ooit (12-2021) een probleem voorgelegd aan het Team Taaladvies, en werd doorverwezen naar de redactie van de ANS… Er is nog werk aan de winkel.

"Dat VRT Taal (meer bepaald https://taalnet.vrt.be/) verdwijnt, is veelzeggend", zegt taalexperte (waarom niet "expert"?) Miet Ooms, die columns over taal op VRT Taal schreef en aan een podcast over de invloed van ABN-campagnes in de jaren 50, 60 en 70 werkt (nostalgie?). "De VRT is een van de laatste bastions van onze standaardtaal. Eigenlijk is het signaal van de VRT: correct taalgebruik hoeft niet meer zo nodig." Dat heb je met al die basale fouten. Dat iemand als Miet Ooms zegt dat de VRT zegt dat correct taalgebruik niet meer zo nodig hoeft, lijkt mij anders wel bijzonder vreemd. Heeft ze dat zo bedoeld? Heeft de VRT dat zo bedoeld? Zo'n dingen worden, eens gezegd, nogal gemakkelijk uit de context getrokken.

Zowel in het Taalcharter als in de beheersovereenkomst staat dat de VRT de norm voor de standaardtaal in Vlaanderen mee bepaalt. "Misschien moeten we op termijn eerder de verspreider van de standaardtaal worden en niet de normbepaler", meent Slangen. Was de VRT dan de normbepaler?? Wat is trouwens die norm? We kunnen de ANS en het Groene Boekje zien als de norm voor de standaardtaal, maar daar speelde de VRT toch geen rol in? Had de VRT misschien zelf het idee dat zij een normbepaler was? Ik denk dat hier een andere basale fout speelt, nl. de foutieve procedure, in dit geval een onvolledige specificatie. Behalve grammatica en spelling zijn er immers nog andere taalelementen, zoals stijl en zinsbouw. Ik ben geen taalexpert, maar ik zie wel dat her en der adviesdiensten zijn ontstaan (zie Te veel vlaggen) om over diverse taalaspecten meer duidelijkheid te scheppen, waar die ontbreekt; de ANS en het Groene Boekje volstaan blijkbaar niet als specificatie. VRT Taal is in 1999 allicht ook ontstaan in die lacune, en met een geëngageerde en mondige voortrekker groeit zoiets uit tot een baken, ook al was dat misschien niet de beste oplossing (basale fout: parallelle processen). "Nederlands in al zijn variëteiten uit­dragen lijkt me een realistischer manier om met taal om te gaan dan mee de norm bepalen." Hola, pola; hier hebben we weer die gebrekkige aspectscheiding. De norm en de variëteiten, dat zijn twee te onderscheiden werkgebieden. Al dan niet de norm bepalen heeft niets te maken met al dan niet variëteiten uitdragen, dus die twee kan je niet tegenover elkaar zetten. Ik ben het helemaal eens met Slangen als ze de verantwoordelijkheid van de VRT als normbepaler in twijfel trekt, omdat parallelle processen nooit deugen. Maar "Nederlands in al zijn variëteiten uitdragen" is onmogelijk, gezien de verscheidenheid, en volgens mij ook onwenselijk, gezien de gevoeligheden van taalgebruikers.

Enquête

Er is een enquête afgenomen onder de lezers van De Standaard, bestaande uit één stelling, nl. "de VRT moet vasthouden aan het Standaardnederlands", met de vraag om daar Ja of Nee op te antwoorden. Je kan ook een argumentatie geven, en de argumentaties van anderen bevestigen; het aantal bevestigingen wordt voor elk argument apart weergegeven. Dezelfde enquête, met dezelfde antwoorden, is behalve in het bronartikel van hierboven (ergens in het midden), ook ingevoegd in een tweetal andere artikelen. Interessante werkwijze, op het eerste gezicht.

Het tweede gezicht krijgt vorm als je de argumentaties begint te lezen.

  • De globale uitslag: 93% zegt Ja, 7 % zegt Nee (toestand op 21-02-2023).
  • De taalkwaliteit van de argumenten varieert van perfect tot abominabel. Ik selecteer enkele uitersten:
    – (Ja) Elk modern land heeft nood aan een algemene standaardtaal zowel voor de binnenlandse communicatie als voor de externe. (42 keer bevestigd)
    – (Nee) Standaardtaal is misschien handig voor als Vlaaming waar je ook vandaan komt om die te kunnen verstaan maar iedereen heeft een accentje en als je dit procecuut dan is dit een vorm van discriminatie wat niet tolereelbaar mag zijn. (4 keer bevestigd :-)
  • Het was misschien te verwachten: alle minder correcte verwoordingen, zowel grammaticaal als semantisch, zitten in de Nee-groep.
  • Los van de taalkundige kwaliteit van de argumenten is er één verklaring voor de grote verscheidenheid: gebrekkige aspectscheiding. Elke respondent geeft een antwoord volgens het aspect dat op dat ogenblik in zijn hoofd zit, en dat kan echt alle kanten uit.
    De eerste vijf (ik schreef al "de vijf eerste", maar dat kan natuurlijk niet) in de Ja-groep:
    – nieuwkomers hebben meer aan de standaardtaal;
    – internationale communicatie verwacht een standaard landstaal;
    – standaardtaal op radio en TV ondersteunt jongeren en taalonderwijs;
    – de standaardtaal is verstaanbaar in het hele Nederlandstalige gebied;
    – tussentaal op TV kan de boodschap vertroebelen of kijkers irriteren.
    De eerste vijf van de Nee-groep:
    – diversiteit is rijkdom en respect;
    – als het over ontspanning gaat moet je vogeltjes laten zingen zoals ze gebekt zijn;
    – (het voorbeeld hierboven) standaardtaal is algemeen verstaanbaar (dat is in feite een Ja-argument!), maar een accent veroordelen is discriminatie;
    – Vlamingen spreken Vlaams, geen Nederlands;
    – regionale variaties zijn er overal, dus moet dat ook bij ons kunnen.
    Stuk voor stuk zijn dit argumenten met een kern waarover je kan debatteren, en het zijn er tien verschillende.

Elke respondent, positief of negatief, heeft een punt, wat lijkt te betekenen dat de VRT zowel ja als nee moet vasthouden aan het Standaardnederlands. En dat klopt uiteraard, maar alleen als je de verschillende aspecten afdoende scheidt. Uiteraard moet de VRT het Standaardnederlands verspreiden, en uiteraard moet de VRT reflecteren (handig woord) wat er leeft in de maatschappij, en het één sluit het ander niet uit. Je moet alleen vastleggen, misschien in dat charter, anders in richtlijnen, wie moet streven naar Standaardnederlands en wie niet. Gezien het gedoe zitten Waes, Van Oncen, Schoeters en Nzeyimana blijkbaar ergens op het randje; meteen een referentie voor de VRT tijdens de komende gesprekken met Dalle over een aanpassing van het charter.

Perstkoppen

Bekijk nu eens opnieuw de subtitel van het artikel hierboven:

De VRT werkt aan een nieuw Taalcharter, waarin tussentaal en buitenlandse accenten vaker gedoogd worden. "We willen de regels beter afstemmen op wat er al gezegd wordt in VRT-programma's", zegt de VRT-taalraadsvrouw.

Zullen we eens een enquête organiseren om na te gaan of die subtitel wel aanvaardbaar is? Ik ga ervan uit dat koppen in de pers doorgaans niet opgesteld worden door pestkoppen die lezers op stang willen jagen, maar soms lijkt het daar wel op. Of misschien is het wel onvermijdelijk dat reporters ook al eens proberen zelf nieuws te maken in plaats van het enkel te brengen. Maar ook hier is de oorzaak weer duidelijk en eenvoudigweg een gebrekkige aspectscheiding: er wordt in deze kop immers geen onderscheid gemaakt volgens (bv.) de functies binnen die VRT-programma's, waardoor het ten onrechte lijkt alsof tussentaal voor iedereen bij de VRT vaker zal gedoogd worden, met alle gedoe vandien. Voor wie niet overtuigd is: luister naar het gesprek met Geertje Slangen op Radio1.

Variaties op een thema

Een greep uit aanverwante artikelen, zonder analyse:

Standaardnederlands is als een zondags pak, het hangt meestal in de kast
Taalpurisme is de dood van verbinding met het publiek
Dalle in gesprek met VRT over taalcharter
Meer of minder tussentaal? 'De VRT moet de regels volgen, niet aanpassen'
Tussentaal en werkelijkheid staan wetten in de weg, en praktische bezwaren